Recent Photos
Recent Videos
Deze pagina is handig voor wie de
foto's bekijkt uit de Nigeria-tijd.
Ter informatie: voor ik huisarts
werd ben ik tropenarts geweest. En hebben Klaartje en ik een
extra/tropenopleiding gehad in het Zendingsinstituut.
Van 1980 tot 1985 zijn we in Nigeria
geweest, in het deel wat Biafra heette. Het is het land van de Ibo's en
Ibibio's en verwante volken. Er zijn er zo'n 10 miljoen van, vergelijk 5
miljoen Zwitsers (ik heb ze niet zelf geteld).
Jan is geboren in Vlissingen voor we
gingen en Emma in Zeist op een groot verlof. Jacob is geboren kort na onze
terugkeer in 1985.
Over onze belevenissen heeft
Klaartje zgn rondzendbrieven geschreven die in diverse kerkbladen zijn
afgedrukt. Haar taak om het huishouden te runnen was wellicht nog zwaarder dan
de mijne, een ziekenhuis opbouwen en runnen in in Afrika makkelijker
Jan had geen leeftijdgenoten om me
te spelen, lokale kinderen waren toen nog te ver weg. Van bezoekende blanken
leerde hij het Engels. De komst van een zus was zeer welkom, maar die huilde de
eerste maanden heel veel. Daarna werden ze onafscheidelijke kameraden.
We kwamen doorgaans in het Noorden
aan in Kano, en reden dan hier door het Sahel-gebied. Geen wegenwacht of GSM.
En een reis van twee dagen voor we thuis waren. In de auto hadden jerrycans met
benzine en water/ En reservebanden. Meervoud.
En als we ergens stopten werd als
overal, de koopwaar aangedragen....
Voor ons huis hadden we een veranda.
Het hekje was toen een simpel en effectief middel om Emma te verhinderen de
wijde wereld in te gaan. Eronder doorkruipen deed ze niet, dan werden haar
knie�n vies. Insecten eten deed ze wel. Jan en Emma speelden ook in de
regentijd veel buiten. In die regen. War ze terug in Nederland snel afleerden.
In het ziekenhuis was ik de
directeur. In het begin viel die taak wel mee, het was een kleine kliniek die
als Immanuel Medical Centre bekend stond. Naam Emma? Er was een polikliniek
waar ik al snel een paar honderd pati�nten per dag moest wegwerken. Maar er
waren veel slimme medewerkers die snel taken overnamen waardoor ik maar een
tiental pati�nten per dag zelf moest zien. En de tijd kreeg voor andere taken.
Zoals de administratie, operaties en de monteur uithangen. Als snel kwam daar
opleiden bij.
Verder waren er een kraam- en
kinderafdeling toen ik kwam, al snel gevolgd door een vrouwen, mannen en r�ntgenafdeling.
En er kwam een eenvoudige operatiekamer. Simpele OK-lamp, weinig
instrumentarium. Kon de staf ook niet in de war raken. Geopereerd werd in het
begin met raam open voor frisse lucht, wel met vliegengaas ervoor. Er was wel
een soort Airco, maar geen stroom genoeg om die te gebruiken. De enige
stroom kwam toen van een kleine Honda-generator en zaklampen. Het liefst
werkten we onder plaatselijke verdoving, echt lokaal of met een ruggenprik.
Algehele narcose was veel duurder, maar wel altijd aanwezig. Ketamine in een
druppelinfuus, als je dat wat zegt.
In de jaren dat ik er mocht
werken groeide het ziekenhuis uit van een tiental bedden tot 120 bedden. Met
ermee samen groeide het aantal stafleden enorm, met bijbehorende problemen. Ik
heb vaak gedacht aan de Joodse vloek: ik wens je veel personeel. Vooral in
tijden van salarisachterstanden en hongersnoden?.
Maar dat is een ander verhaal.